Het ziekteverzuim onder werknemers in zorg en welzijn kwam in het vierde kwartaal van 2020 uit op 6,9 procent, het hoogste verzuimcijfer in een vierde kwartaal sinds 2002. In de branche verpleging, verzorging en thuiszorg was het verzuim met 8,5 procent het hoogst. Behalve in de jeugdzorg was het verzuimpercentage in alle branches van de sector zorg en welzijn hoger dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS voor het onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn. In hoeverre de coronapandemie het ziekteverzuim heeft beïnvloed is niet onderzocht.
In het vierde kwartaal van 2020 was het ziekteverzuim onder werknemers in de branche verpleging, verzorging en thuiszorg 8,5 procent. Het betekent dat van elke duizend te werken dagen 85 dagen zijn verzuimd wegens ziekte. Dat is 1,5 procentpunt meer dan het vierde kwartaal van 2019 en het hoogste ziekteverzuim in het vierde kwartaal sinds 2010, het begin van de meting per branche. Ook in de gehandicaptenzorg was het verzuim met 7,5 procent hoger dan gemiddeld in de sector zorg en welzijn. In de universitair medische centra en in de overige zorg en welzijn was het verzuim het laagst (beiden 5,3 procent).
Al vanaf het begin van de meting van het ziekteverzuim per branche, in 2010, ligt het ziekteverzuim in de branche verpleging, verzorging en thuiszorg hoger dan gemiddeld in de hele sector. Het verzuim in het vierde kwartaal is in deze branche sinds 2013 steeds hoger geworden. Tussen 2013 en 2020 groeide het verzuimpercentage van 5,6 naar 8,5 procent (+2,9 procentpunt). Tussen het vierde kwartaal van 2019 en 2020 groeide het verzuim sterker (+1,5 procentpunt) dan de totale toename tussen 2013 en 2019 (+1,4 procentpunt).
Voor alle bedrijfstakken in de economie was het ziekteverzuim in het vierde kwartaal gemiddeld 4,9 procent. Het verzuim in zorg en welzijn was het hoogst van alle bedrijfstakken. Het verzuim in zorg en welzijn was vergeleken met het vierde kwartaal van 2019 ook sterker gestegen dan het gemiddelde van alle bedrijfstakken.